projecten 2011 - 2012

Een sportproject!

De tweede graad heeft een sportproject!
We gaan mini- Olympische spelen doen.
En we hebben al gesnookerd!
De snookertafel staat nog in de klas.
Onder de speeltijd mag iedereen 20 minuten snookeren tegen elkaar.
Elke dag mag iemand anders 20 minuten spelen.
We gaan nog veel andere sporten doen.
En ik denk dat het leuk gaat worden en dat we veel gaan doen!
Gite



2/12/’11: Mijn papa kwam ons leren snookeren. Hij vertelde ons  over hoe je punten en strafpunten kan verdienen. Hij heeft  ons ook geleerd hoe je je hand  moet houden zodat de keu er goed op kan liggen. En hoe je best de keu vasthoudt, hoe je best staat, kijkt,…


Daan.
Klik hier als je de foto's wil zien!

Wil jij dat ook allemaal weten? Lees dan deze projecttekst van Daan over snookeren!


Snooker


Snooker heeft 22 ballen in het spel.


Ballen: Er zijn heel veel kleuren en elke bal heeft zijn eigen punten : Wit = cueball (speelbal).

Rood = 1 punt (15 stuks).

Geel = 2 punten.

Groen = 3 punten.

Bruin = 4 punten.

Blauw = 5 punten.

Roze = 6 punten.

Zwart = 7 punten.

Als je de witte bal in een pocket speelt, mag de ander kiezen waar hij de bal legt in de “D”. Je krijgt dan 4 strafpunten.

Wie de meeste punten heeft, is gewonnen.

De snookertafel: de snookertafel heeft 6 gaatjes (pockets) waar je de ballen moet in spelen. Het groene doek dat op de tafel ligt is het laken.

De keu:de keu is een stok waarmee je de ballen in de pocket speelt. Er is ook een blauw krijtje wat je op het uiteinde van de keu krijt. Het krijt zorgt  voor een goed contact van de keu met de cueball (de speelbal)

De brug: De spider wordt gebruikt als brug. De brug werd vroeger de bok genoemd.


        Snookertoernooi

We organiseerden een snookertoernooi.  Om te weten wie tegen wie moest spelen, trokken we naampjes.
Maandag speelden Emma tegen Romy, Toon tegen Jef en Katrijn tegen Tine.
Dinsdag waren Maarten en Lowie eerst aan de beurt. Daarna speelde Daan tegen Lars. En Rune tegen Minne.  
Woensdag snookerden Gitte en Gite.
Op donderdag waren de laatsten aan de beurt, nl. Jonathan, Noor en Samy. De 4 winnaars met de meeste punten speelden de halve finale.  Jonathan nam het op tegen Maarten. Rune tegen Daan. De finalisten waren: Daan en Maarten.
Daan won! Hij is nu de snookerkampioen!
Drie hoeraatjes voor Daan.

Jonathan en Maarten

Tai Chi
Donderdag 8 december is de papa van Gabriel met ons Tai Chi komen doen.
Tai Chi is een verdedigingssport uit China. Het waren best moeilijke oefeningen, die we van hem moesten doen.
Dit is wat we hebben gedaan: de ruiter, de slang ......en zo voor.
Tai Chi beoefenen ze ook om rustig te worden. 
Gitte en Emma
Foto's van onze Tai Chi-namiddag

Duiken
Op maandag sportten we een halve dag! Jammer genoeg was het buiten een rotweer. We moesten eerst te voet naar de sporthal! Het sporten met Steve was wel fijn! De laatste 10 minuten speelden we trefbal.
Daarna gingen we met de auto naar het zwembad. Daar gingen we duiken met echte zuurstofflessen. Eerst moesten we opwarmen met vier lengtes schoolslag. Het was wel vermoeiend. Maar we deden verder.  We kregen een snorkel, een duikbril en zwemvliezen. Daarmee zwommen we enkele lengtes. Daarna deden ze hoepels in het zwembad en moesten we door de hoepels zwemmen. Toen ze één hoepel een meter dieper zetten, was Toon bijna gestikt! Maar hij heeft het gehaald!
Daarna gingen we naar het kleine zwembad. We deden om beurt de zuurstoffles aan en mochten van het ene trapje naar het andere zwemmen. Daarna legden we met een zuurstoffles op onze rug een parcours af waarbij we door hoepels moesten duiken.  
Bij de laatste oefening stonden we in een kringetje. We hielden ons hoofd onder water. Om de beurt mochten we één keer ademen aan de zuurstoffles, daarna gaf je die door. We probeerden zo lang mogelijk onder water te blijven.
Het duiken was leuk! Maar toen was het tijd om terug naar school te gaan. Daar schreven we deze tekst.

Toon, Tine en Samy

Foto's van het duiken

Kleine projecten
Per twee of alleen werkten we een klein projectje uit over een zelfgekozen onderwerp.
Voor de paasvakantie stelden we het aan de klas en onze mama's en papa's voor!
Dit waren de gekozen onderwerpen:



- uilen (Romy)

Voor Romy haar project kwamen er vandaag drie uilen (en hun baasje) op bezoek in onze school!

Klik hier voor foto's.

- schildpadden (Samy en Rune)

- mode (Katrijn en Minne)

- katten (Noor en Lowie)

- honden ( Toon en Jonathan)

- kittens en puppy's (Tine en Gite)

- chocolade (Maarten en Daan)

- jachtluipaarden en hyena's (Jef en Lars)

- afval (Emma en Gitte)

 

Enkele kleine projecten:
Jachtluipaarden
Jef Cleiren en Lars Schaeken hadden heel wat vragen over jachtluipaarden en hyena's. Ze zochten op in boeken, keken naar een dvd,... Ben je benieuwd? Lees dan zeker verder!




Een jachtluipaard wordt ook wel cheeta genoemd. Een jachtluipaard is een zoogdier en een vleeseter.
Uiterlijk

Jachtluipaarden hebben vlekken. Er loopt een zwarte streep van hun ogen naar de lippen. Hun staart kan 6O tot 80 cm lang zijn. Hun staart houdt hen in evenwicht als ze scherpe bochten maken. Ze wegen ongeveer 65kg. Ze zijn 110 cm lang (zonder de staart) en hun schoft is 70 tot 90 cm hoog.
Ze kunnen heel erg snelle bochten. Dan maakt hun ruggengraat een u vorm. Ze hebben een heel groot hart en groten longen en hun kop is klein, dat helpt om snel te kunnen lopen.


Waarom kunnen ze hun klauwen niet intrekken?
In de eerste 4 maanden van zijn leven kan hij zijn klauwen intrekken maar als die tijd voor bij is, kan hij zijn klauwen niet meer intrekken. Dan verslijten hen klauwen dat is niet erg het helpt hen juist met in top snelheid zo een scherpe bochten te maken.

Voeding
Waarop jagen ze? Wat eten ze?

Luipaarden jagen op verschillende prooien, grote en kleine. Ze jagen op wat er bij hen in de buurt leeft. Zoals de Afrikaanse haas, impala en elandantilope.


Hoe jaagt een jachtluipaard?
Hij wacht tot de prooi dichtbij is. Als ze dichtbij zijn, springen ze uit het hoge gras tevoorschijn en zetten ze de achtervolging in. Hun prooi is kansloos want er is geen dier sneller dan het jachtluipaard.


Wie zijn hun vijanden?

Jachtluipaarden zijn met uitsterven bedreigd. In 1900 waren er nog honderd duizend jachtluipaarden, nu nog maar tienduizend.
Vroeger gebruikten de mensen hen bij de jacht en werden ze als huisdier gehouden. Ze werden gedood om hun mooie vacht.
Het zijn nu beschermde dieren. Maar als een jachtluipaard het vee van een boer aanvalt, durft de boer het dier wel te doden.

Hyena’s kunnen jonge luipaarden doden en jagen luipaarden weg bij vangst. Een groep bavianen durft een luipaard aan te vallen en te doden. Hyena’s en bavianen doden jonge luipaarden.

Jongen
De moeders zijn 3 maanden zwanger, of beter gezegd “drachtig”. Een pasgeboren jong weegt minder dan 300g. Ze moeten veel melk drinken om zwaarder te worden. De jongen drinken moedermelk door aan de tepels te duwen. Ze drinken tot hun derde maand moedermelk. De jongen zijn wit op de rug en zwart op de buik. Het vrouwtje brengt de jongen op haar eentje groot. Het grootste gevaar is als de moeder weg is voor de jacht. Leeuwen, hyena’s, en panters doden de kleintjes. Soms komt er een kudde buffels voorbij, dan scheelt het maar weinig of ze worden verplettert!! De jonkies kunnen bijna niet overleven: ze hebben maar 1 op de 3 kansen om te overleven. De moeder komt snel terug naar haar jongen. Ze hebben reuzendorst. Ze drinken meteen. En daarna likt de moeder hun uitwerpselen op. Tegen roofdieren.

Woonplaats
Jachtluipaarden leven vnl in Zuid- en Oost- Afrika ook in het Midden-Oosten (Iran) en Zuid- Azië.

Houden ze een winterslaap? Neen, want er is daar geen winter.

Wat kunnen ze goed?
Jachtluipaarden zijn de snelste zoogdieren. Ze kunnen meer dan honderd km per uur lopen, maar ze houden het maar een halve km vol. Dat is handig bij het jagen!
Dankzij hun lange poten kunnen ze sprongen van 6 tot 8m maken!



Hyena’s

Een hyena is een zoogdier en een vleeseters. Zijn schofthoogte is 90 cm. Een hyena is 1m en 40 cm lang. Ze wegen tussen de 60 en de 80kg.
Elke vacht heeft zijn eigen stempelpatroon.
Hyena’s jagen s ’nachts! Als de moeder gaat jagen, laat die haar jongen achter in en groepje.
Een kleine hyena wordt geboren met open ogen, en met tanden in zijn bek. Hij heeft 4 hoektanden en verschillenden melktanden. Ook al drinkt hij de eerste tien maanden alleen maar moedermelk. Daarna begint hij langzaamaan vlees te eten.

Welke geluiden maken ze en waarom?
Hyena’s lachen. Door die lach weten ze hoe oud en hoe belangrijk het dier is en wie dus als eerste mag eten van het prooi.
Die lach kan ook een vraag om hulp zijn, bijvoorbeeld als ze een groep nodig hebben om een leeuw aan te vallen, vragen ze zo om hen te komen helpen.



Chocolade
Maarten Tassens en Daan Reenaers zochten informatie op over chocolade, ze bezochten een chocolatier en maakten zelf heerlijke pralines. Wat ze allemaal deden en leerden, kan je hier lezen.

Geschiedenis
Chocolade was eerst een drankje voor de belangrijke mensen.

Ongeveer 1500 jaar geleden maakten de Maya’s, een oud indianenvolk in Midden- Amerika, een bitter drankje dat ze xocoatl noemden (xoco= bitter en atl=water). Ze mengden de gemalen cacaobonen met water en kruiden. Het was een drankje voor belangrijke mensen. De Maya’s dachten dat het drankje hen zelfs na hun dood bleef voeden.

500 jaar geleden bracht een Spaanse ontdekkingsreiziger Cortés het drankje mee naar Europa. Ze deden er suiker en vanille bij. Koningen en hun vrienden vonden het heerlijk.

Toen er 200 jaar geleden fabrieken ontstonden, met grote machines, gingen ze ook andere dingen van cacao maken. Toen was chocolade niet langer alleen voor de rijke, meer mensen konden het betalen.

Het ging ook naar België daar hebben de mensen die in speciale vormen gedaan en toen was de chocolade er! België heeft de beste kwaliteit om chocolade te maken. De cacaobonen komen uit Ivoorkust en Ghana dus die landen helpen ook.

Maken van chocolade
Om chocolade te maken, zijn cacaobonen nodig. Dat zijn de zaden van de cacaoboom, een tropische boomsoort.

De boom kan wel 8 tot 15 meter hoog worden er. Groeien 20 tot 30 bonen aan 1 boom. De vruchten lijken op hele langen meloenen.
Het duurt 4 tot 7 maanden eer dat de vruchten rijp zijn. In de vruchten zitten pitten. Er zitten meer dan 30 pitten in een vrucht. De bonen zijn bruin. Erom heen zit vruchtvlees . Dat vruchtvlees beschermt de bonen zodat er geen dieren aan kunnen. Als je chocolade wilt maken, dan moet je dat vruchtvlees eraf halen anders lukt het niet.

Waar groeit de cacaoboom? Midden- en Zuid- Amerika, Midden-Afrika, Zuid- Azië

Hoe wordt chocolade gemaakt?
1. De oogst en het pellen.
De vruchten van de cacaobomen worden twee keer per jaar geoogst. Ze plukken voorzichtig de cacaobonen van de boom en snijden ze in stukken met een mes. Dat mes heet een machete of kapmes. Dan halen ze de cacaobonen en het vruchtvlees eruit. Dat vruchtvlees vinden dieren heel lekker en sommige mensen ook. Ze nemen het mee naar hun huis of dorp.
2. Gisting
Ze wikkelen de bonen en het vruchtvlees in bananenbladeren en leggen het in grote bakken om het te laten gisten. Door de gisting worden de bonen gescheiden van het vruchtvlees. Ze worden er ook minder zuur van en krijgen de typische cacaosmaak.
3. Drogen
Als de bonen uit het vruchtvlees zijn, leggen ze ze in de zon te drogen. Na twee weken zijn ze droog en worden ze in grote zakken gestopt.
4. Transport en selectie
Na een lange bootreis komen de bonen aan in een fabriek in België. Ze worden er uit de zakken gehaald en gaan ze naar de schudder die ze schoon schudt. Er zit nog heel veel rommel tussen de bonen en daar kunnen ze geen chocolade van maken.
5. De pit
De bonen hebben een heel hard lijf. Het lijf wordt eraf gehaald. En dan blijven kleine stukjes pit over en daar gaat het om.
6. Chocolade maken:
De pitjes worden vermalen met een machine. Het wordt een vette pap. Bij de bruine pap komt melkpoeder en suiker. Deze melkchocolade bestaat uit grote brokken die nog worden fijn gemaakt. Dan wordt de pap nog eens goed warm gemaakt. De afgekoelde chocolade wordt in grote vormen gegoten die naar de winkel en naar de bakkers gaan.


- Welk is de ideale temperatuur om chocolade te smelten?

De ideale temperatuur om chocolade te laten smelten is tussen de 36 ° C en 42°C. Als je chocolade te lang verwarmt, dat is ongeveer tussen de 60°C- 70°C, dan is de chocolade verbrandt en smaakt hij slecht.

- Waarmee meten ze de temperatuur van chocolade?
Dit doe met behulp van een keukenthermometer, deze meet van -50°C tot 300°C. Vroeger namen de bakkers en chocolatiers de temperatuur met hun vinger.



Pralines maken met de tante van Daan
We zijn naar de tante van Daan geweest om daar pralines te maken. We hebben toen ook onze vraagjes kunnen stellen want bij de chocolatier was niet ieder antwoord duidelijk. Eerst moesten we onze handen wassen, logisch anders zitten er vieze dingen tussen je pralines. Dan moesten we beginnen met de chocolade de smelten. Dat ging vrij snel. Om chocolade te smelten moet je een grote pot met water op het vuur zetten en warm laten worden. Dan doe je een kleinere pot met chocolade erin op de grote pot met heet water en dan moet je wachten tot de chocolade gesmolten is. Dan gingen we temperen. Dat is moeilijker dan je denkt. Als de chocolade was getemperd, moesten we de chocolade in de vormen gieten. Dat was leuk. Maar de temperatuur van de chocolade moest op een goede temperatuur blijven anders bleef de chocolade aan de vormen hangen. Als we alles in de vormen hadden gegoten moesten de vormen in de diepvriezer zetten. Ondertussen mochten wij buiten spelen. Toen we terug binnenkwamen, hadden de mama en de tante van Daan de vulling al gemaakt. De vulling in de vormen gieten, deden de mama en de tante van Daan beter zelf want dat was heel moeilijk!!! Als de vulling erin was gegoten moesten de vormen waar de pralines in zaten nog even in de frigo. Dan mochten wij nog even buiten spelen en daarna mochten we een praline eten (een van de slechte).



- Hoe maak je pralines?
Was je handen voor je aan pralines begint!

De chocolade ga je smelten en temperen.

Smelten kan je doen op twee manieren. Je kan het erg kort in de microgolfoven plaatsen.

Een tweede manier is , ‘au bain Marie’, je brengt een weinig water aan de kook en plaatst er een metalen kom in. Belangrijk is dat de bodem van de kom het water niet raakt. Het is de stoom die de chocolade laat smelten.

Temperen, dit om een grijze verkleuring van de chocolade te voorkomen. Er zijn twee manieren om dit te doen.

Eentje ervan is tableren, de gesmolten chocolade op een zuivere steen uitgieten en met een steek- en paletmes mengen en bewerken tot hij een temperatuur van 28°C heeft. ( p25)

Een andere manier is bij de gesmolten chocolade, 20% niet gesmolten chocolade doen. Dus 20gr niet gesmolten chocolade op 100gr gesmolten chocolade.

De op temperatuur gebrachte gesmolten chocolade wordt in vormen gedaan. Belangrijk is dat deze nooit uitgewassen worden, er vormt zich een vetlaagje in en zorgt dat de pralines makkelijk loskomen. (p 28-29).

Bron: Belgische pralines p24, 28-29

- Hoe wordt witte chocolade gemaakt? (de cacaobonen zijn toch bruin)
Witte chocolade is niet echt chocolade, want er zit geen cacaomassa in. Het wordt gemaakt met geel-witte cacaoboter, melkpoeder en suiker.


- Hoe krijg je er figuren in?

De gesmolten chocolade gieten ze in grote vormen. Als het afgekoeld is, gaan ze in een verpakking en hup naar de winkel.


Grootste blok chocolade

De grootste blok chocolade is een paasei van 8,39m hoog en 6, 39 m breed. Het was gemaakt op 24 maart 2005 op de grote markt van Sint-Niklaas. Ze hadden er wel 8 dagen aan gewerkt. Het merk van de chocolade is Guylian, het is heel beroemd.

Soorten chocolade
Er zijn meer dan honderd soorten chocolade.

- Wat is het verschil tussen de chocolade die je in de wereldwinkel kan kopen en sommige andere chocolade? De wereldwinkel zorgt ervoor dat de cacaoboeren een goede, eerlijke prijs krijgen voor hun cacao en ook dat ze de boeren meteen betalen als ze de cacaobonen kopen.



Eten van chocolade

- Waar past chocolade in de voedseldriehoek?
Chocolade past in de restgroep. Logisch er zit veel suiker in. Mensen vinden het juist lekker omdat er suiker in zit. Suiker kan verslavend zijn.



Lust iedereen chocolade?
We hebben ook een enquête afgenomen op school we hebben de volgende vragen gesteld:

- Wie lust er chocolade?

- En welke soort chocolade lust je het liefst?

Van de eerste vraag is een resultaat:

75 kinderen lusten chocolade en 2 lusten geen chocolade. Dus ons antwoord is: niet iedereen lust chocolade.

Er hebben een paar kinderen en leerkrachten niet geantwoord. Zoals de jongste kleuters en een paar leerkrachten. De favorieten soorten chocolade van de kinderen en juffen hebben we in kolommen gezet. Hier zijn dan de resultaten en van de 2de vraag:

Fondant of zwarte chocolade
Witte chocolade
Bruine of melkchocolade
21
20
34